breintraining

16 maart 2020

Breintraining: 4 dingen die je kunt ontwikkelen voor een gezonder brein en groter geluk. 

Deze week is de “Brain Awareness week”. Dan wordt internationaal aandacht gegeven aan de hersenen. Hoe werken zij? Hoe worden ze ziek? Wat is het belang van de neurowetenschappen voor mens en maatschappij? Nu vanwege het Coronavirus veel bijeenkomsten hiervoor worden afgelast, denk ik dat het goed is om hier online extra aandacht aan te besteden. Dat doe ik in deze blog over breintraining, geïnspireerd op de theatervoorstelling Mindgym van Wouter de Jong.

​Breintraining: 4 circuits
Voor een gezond brein is het goed om 4 belangrijke breincircuits te ontwikkelen: aandacht, veerkracht, positiviteit en altruïsme (ofwel onbaatzuchtigheid). Als je hieraan werkt, bereik je een steeds grotere impulsbeheersing. En hoe groter je impulsbeheersing, hoe groter je geluk.

Circuit 1: Aandacht
In deze blog gaf ik al een aantal tips voor het zorgen voor je brein. Eén tip was dat je 1 taak tegelijk moet doen. Ons brein is niet gemaakt om te multitasken. Mindfulness is een manier om meer met aandacht in het hier en nu te leven. Ook als het hier en nu even niet zo positief is, is het goed om daar niet van weg te vluchten maar te doorleven. Wouter maakte aan de hand van het volgende voorbeeld duidelijk hoe dit werkt:

Als je je hand steekt in een bak met ijsblokjes en ijskoud water, is je eerste impuls om je hand eruit te trekken. Twee mensen probeerden deze impuls te weerstaan door met hun gedachten naar iemand te gaan met wie ze iets gezelligs doen of door kreten uit te slaan om het onprettige gevoel te weerstaan. Een derde persoon ging met volle nieuwsgierigheid in gedachten naar haar hand. En deze laatste persoon hield haar hand het langst in de ijsbak. Dit was natuurlijk maar een minuscuul testje, maar uit een soortgelijke onderzoek op grote schaal bleek, dat aandacht voor je fysieke knoop het beste helpt om je impulsbeheersing te vergroten.  

Aandacht wil ook zeggen: maak keuzes in wat je belangrijk vindt en geef daar het meeste aandacht aan. Om je relativeringsvermogen te activeren kun je jezelf de volgende vragen stellen:

  • Wat zou je doen als je wist dat je nog 5 jaar te leven hebt?
  • En wat zou je doen als dit een jaar is?
  • En wat als dit een maand is?
  • En wat als dit een dag is?
  • En wat als dit een uur is?

Zo weet je wat je los kunt laten. Of andersom: wat je eigenlijk vasthoudt.

Stel jezelf 2 vragen:

  1. Waar heb je de afgelopen tijd te weinig aandacht aan besteed?
  2. Wat is je 1e concrete stap dit te veranderen?

Circuit 2: Veerkracht
Iedereen heeft een innerlijke criticus, een stemmetje die je wil beschermen tegen gevaar. Als je deze niet zou hebben, zou je geen impulsbeheersing hebben. Als iemand dan tegen je zegt: “loop een rondje in je blote billen”, zou je je kleren uittrekken en dit gaan doen 😉.

Je innerlijke criticus heeft dus een belangrijke functie: hij zorgt ervoor dat je dit soort impulsen beheerst. Maar hij kan je ook tegenhouden in acties nemen die wel gewenst zijn, in je motivatie om iets wel te doen als dat goed is. Belangrijk voor meer veerkracht is om dit op te merken. Stel jezelf als toeschouwer de vraag: “wie is aan het woord om mij te motiveren?” Hoe je als toeschouwer om kunt gaan met je verschillende stemmetjes en ze kunt managen, schreef ik eerder in deze blog en in deze blog.  

Een oefening die je kunt doen als je ergens mee zit of een rotgevoel hebt over iets: schrijf een brief alsof je vriendin tegen jou praat. Denk er verder niet bij na, blijf zoveel mogelijk schrijven, laat je pen op het papier. Wat zegt ze tegen je?

Als je deze oefening 2x/week doet, 5 á 10 min. per keer gedurende 1 maand, bereik je blijvend meer zelfacceptatie: volledige acceptatie van jezelf, met al je imperfecties. En zelfacceptatie is belangrijk voor veerkracht.

Circuit 3 en 4: Positiviteit & Altruïsme (onbaatzuchtigheid)
Vanwege het Coronavirus is het nu even lastig, maar: menselijk contact is de basis voor geluk. Uit onderzoek blijkt dat teams die elkaar aanraken, zoals een voetbalteam dat elkaar omhelst na het maken van een goal, succesvoller zijn. Ook leerlingen die een schouderklopje kregen, waren 2x zo succesvol. Aanraken creëert veiligheid en vertrouwen. Het is de oudste taal die we spreken.

In elk contact is het dus goed om jezelf de vraag te stellen: hoe kan ik de ander in zijn kracht zetten? Een vraag aan jezelf in de ontmoeting met de ander is: wat is de kwaliteit van die ander? Als je dit oefent, leer je dit sneller te zien en aan te voelen. Als je dit benoemt naar de ander, gaat de ander stralen en groeit.

Vaak zie je dat men ook wat ongemakkelijk wordt bij het krijgen van een compliment. Men zwakt het dan wat af. Maar als je een compliment niet volledig ontvangt, doet dat iets met je ademhaling. Deze stokt wat. Daarmee blokkeer je je positieve emoties bij het compliment ook en dat is jammer. Een trucje om deze positieve emoties wel volledig te kunnen voelen, is door in je gedachten het compliment in te ademen.

Op het moment dat je je thuis voelt in je brein, voel je je overal thuis. En dan heb je vanzelf meer ruimte voor aandacht voor de ander. En als je dan iets doet voor de ander zonder daar zelf direct baat bij te hebben, draagt dit weer bij aan je geluk.

Wat is de 1e stap die jij kunt nemen in je breintraining?

“A mind not to be changed by place or time.
The mind is its own place, and in itself
Can make a heav'n of hell, a hell of heav'n.”

John Milton, Paradise Lost

        Coachingpraktijk Monique